Operaties

Voor welke operaties moet je een dagje naar het ziekenhuis?

Verhaal : Dagopname

Vorige week ben ik op consultatie geweest bij de NKO-arts. Dat staat voor neus-keel-en-oor-arts. Deze vreemde meneer heeft een lichtje op zijn hoofd. Eerst keek hij in mijn neus.
Daarna wilde de arts mijn keel zien. Mijn oortjes waren de laatste aan de beurt. Vandaag is een super-spannende dag. Ik moet naar de slaaparts om buisjes in mijn oortjes te laten plaatsen door de neus-keel-en-oor-arts . Zo ga ik misschien minder pijn hebben aan mijn oortjes, kan ik beter horen en zal ik minder vaak ziek zijn. We gaan door de draaimolen, oeps, sorry, draaideur naar binnen. Aan de ingang zie ik bloemen en knuffels. Als ik flink ben, mag ik misschien straks van mama wel iets kiezen.
Aan het onthaal wijzen ze ons door naar de inschrijvingen ernaast. Ik mag van mama op het knopje duwen om een ticketje te krijgen. Net zoals bij de slager! We moeten even wachten want er zijn nog een paar mensen voor ons aan de beurt. Op het grote televisiescherm verschijnt ons cijfertje. Mama geeft kaartjes aan de lieve mevrouw in het kleine hokje. De mevrouw tokkelt op haar computer. We krijgen papieren, stickertjes en een armbandje van haar terug. Daarna gaan we naar boven met de lift. Ik mag van mama op knopje 1 drukken. We moeten eerst een beetje wachten op de dagverpleegkundige en zitten aan de tafel in de speelzaal. Vandaag zal verpleegkundige Clara me verder helpen. Clara brengt ze ons naar de dagzaal. Ik moet al mijn kleertjes uitdoen. Alleen mijn onderbroek mag ik aanhouden. Zelfs mijn nagellak moet af, omdat de arts aan mijn nagels wil zien of alles in orde is met mij. Gelukkig geeft Clara mij een operatiehemdje, zodat ik niet in mijn blootje sta. Deze pyjama is anders dan thuis. Het heeft veel knoopjes. Clara meet hoe groot ik al ben. Daarna mag ik op de weegschaal. Nu mag ik een beetje spelen. Clara stelt intussen veel vraagjes aan mijn mama en vult samen met mama papieren in. Ik kijk nog eventjes televisie en dan is het mijn beurt om met mijn bed op wieltjes te vertrekken: we rijden naar het operatiekwartier. Op deze afdeling in het ziekenhuis komen mensen om zich te laten opereren. Speciale artsen, dat zijn chirurgen, maken je lichaam weer beter terwijl je slaapt. Je kunt het een beetje vergelijken met een garage waar ze auto’s repareren. In de kindervoorbereiding moet mijn mama moet zich nu ook verkleden. Ze krijgt een gekke muts op en doet kousen over haar schoenen. Ze moet ook een blauwe operatieshort aandoen en een maskertje voor haar mond. Het is precies carnaval!
Als mama klaar is, rijdt de verpleegkundige mij in een grote kamer met veel licht en grote toestellen. Ik moet op een ander bedje gaan liggen. Ik krijg een soort wasknijper op mijn vinger. Hij is lekker zacht en doet geen pijn. Zo kan de slaaparts straks kijken of mijn hart nog goed klopt en ik goed adem. De slaaparts zet een maskertje op mijn neus en mond. Zo gaan ze me in slaap brengen zodat ik niets voel van de operatie. Ik probeer nog tot 10 te tellen, maar 1, 2, 3… en ik ben al in dromenland. Tot hoe ver ga jij kunnen tellen? De arts gaat nu mijn oortjes beter maken. Mama wacht buiten op een bankje tot de arts klaar is en haar even komt vertellen hoe het gegaan is. Als ik wakker word, lig ik in een kamer vol slapende kindjes. Deze kamer heten ze de recovery of ontwaakruimte. Mama zit naast mijn bed. Ik voel mij moe en heb een beetje pijn. Gelukkig is de verpleegkundige superlief en als ik goed wakker ben, mag ik terug naar mijn kamer. Ik krijg een dikke knuffel en kus van mijn mama en Clara geeft mij een klein cadeautje, omdat ik zo flink ben. Naast mij ligt een meisje die bij de slaaparts moest voor haar keel. Zij moet soms wel overgeven en krijgt van de verpleegkundige een ijsje. Haar arm zit in een wit verband. Er loopt een buisje met een soort water naar een zakje. Dat zakje hangt aan een kapstok op wieltjes. Aan de andere kant ligt een jongen. De arts heeft zijn piemel geopereerd. Hij heeft een beetje pijn als hij de eerste keer plast. De tweede keer gaat het al veel beter. Terug op de kamer mag ik iets drinken of een waterijsje eten. Clara vertelt me wanneer ik mijn kleren terug mag aantrekken en naar huis kan.